Niet bezitten maar gebruiken

In het op gebruik gebaseerde economische model zijn diensten en ruimtes gemeenschappelijk, wat een transformatie teweegbrengt voor het vastgoed in alle activaklassen. Coliving en coworking1 spelen bovendien in op verschillende evoluties in onze manier van leven: toenemende mobiliteit en minder lineaire loopbanen, met een grotere behoefte aan flexibiliteit en kosten delen tot gevolg.

Dichtheid in een nieuw licht

Stadsbewoners leren leven met social distancing, wat een reorganisatie van de openbare ruimte vereist. Winkels, restaurants, diensten en alternatieve mobiliteitsoplossingen kregen extra m² toebedeeld. Van loutere verkeerswegen zijn trottoirs en straten bijvoorbeeld uitgegroeid tot heuse leefruimtes: in Parijs werden in de zomer ook parkeerplaatsen2 ingenomen door tafels en alle tijdelijke terrassen zijn in 2020 tot oktober blijven staan. De uitdaging voor stedenbouwers is daarbij het bevorderen van fysieke afstand zonder de steden te laten uitdijen. Nu is dan ook hét moment om op doordachte wijze te komen tot een grotere dichtheid die essentieel is om de impact op het milieu te beperken.

Flexibiliteit op alle gebieden

Uit de coronapandemie zijn heel wat nieuwe ideeën ontstaan in verband met het delen van resources en de omkeerbaarheid van ruimtes en infrastructuur. In Berlijn bijvoorbeeld worden discotheken gebruikt voor tentoonstellingen3 of als bar-restaurant4. Ook de transport- en kantoorinfrastructuur – die is gemaakt om in twee richtingen grote mensenstromen op te vangen – past zich aan nieuwe ritmes en veranderende manieren van werken aan.

Een veerkrachtig stadsweefsel

Door dit afwisselend gebruik biedt elke locatie uiteenlopende mogelijkheden. Op het hoogtepunt van de pandemie werden hotels, wooncomplexen en rondvaartboten omgebouwd tot woonruimte voor zorgverleners of daklozen, fabrieken pasten hun productieketen aan en fablabs5 zetten hun 3D-printers aan het werk voor de productie van beademingstoestellen6. En morgen? Misschien staat de toekomst van de steden wel in het teken van het concept ‘resourcegebied’. In deze ruimtes waar verbruik en regeneratie van hulpbronnen gebeuren op basis van principes van zuinigheid en meervoudig gebruik ontstaan koolstofarme, productieve en vruchtbare stedelijke ecosystemen. Al deze huidige en toekomstige gebruikswijzen zullen bepalen hoe de stad van morgen eruit zal zien.